Evolutie van bewustzijn

 

Van de prefrontale cortex, een deel van het menselijk brein, is aangetoond dat het actief is bij cognitieve en emotionele functies, beslissingen nemen, het onderdrukken van oerdriften, plannen, sociaal gedrag en impulsbeheersing. Dit hersenspecialisatiegebied (welke overigens ook weer op te delen is in allerlei verschillende sub-specialisatiegebiedjes) moet met allerlei andere hersenspecialisatiegebieden samenwerken en concurreren om ons, ons speciale ´ik gevoel´ te geven. Dit is een gebied in het voorste deel van de hersenen. Deze prefrontale cortex is een duidelijk voorbeeld van een hersenspecialisatie, die bij alle andere dieren die nu nog rondlopen, minder ontwikkeld is dan bij homo sapiens. Deze prefrontale cortex is belangrijk gebleken voor het kunnen bezitten van bewustzijn, al is het ook veel te kort door de bocht gebleken, om te zeggen dat hierin ons bewustzijn als een soort mannetje of vrouwtje huist. Alleen tezamen met andere hersendelen in de hersenschors, het limbisch systeem en de kleine hersenen vormt zich onze ik. Sorry voor de dooddoener, maar met andere woorden zíjn we dus inderdaad gewoon ons brein. Nog beter gezegd, zijn we ons lichaam, want ook in de rest van ons lichaam gebeurt er van alles wat ook weer invloed heeft op onze hersenen en daarmee op hoe en wie wij zijn. Zo blijkt uit steeds meer onderzoek dat bijvoorbeeld onze darmflora direct invloed heeft op onze ´geestesgesteldheid´.

 

Bewustzijn wordt algemeen omschreven als subjectieve reflectie op indrukken uit de buitenwereld. Weten van wat je ziet, hoort of voelt en weten van wat er in je omgaat en daarover kunnen vertellen. Anders gezegd: bewustzijn is een toestand die gekenmerkt is door een besef van de eigen ik en de omgeving.

 

Het is moeilijk te achterhalen wanneer bewustzijn precies in de loop van de evolutie is ontstaan. Eéncellig of meercellig leven zonder hersenen heeft hoogstwaarschijnlijk evenveel bewustzijn als dat roest bewustzijn heeft. Geen bewustzijn dus. Vanaf het ontstaan van de zenuwcellen zijn er wellicht miljoenen niveaus van bewustzijn geëvolueerd van niets tot bijna niets tot dat van een hond, dat van chimpansees en dat van homo sapiens (ofwel de dieren die we ook wel mensen noemen). 

 

Ook al heeft het er niets mee te maken, om geen verkeerd beeld van mezelf te schetsen, zou ik hierbij toch graag iets willen aanmerken. Ikzelf heb hartstikke veel bewondering voor ´evolutionair lagere organismen´ zoals bijvoorbeeld insecten die rationeel gezien, wellicht geen of haast geen bewustzijn bezitten. Zweefvliegen, wespen, hommels, bijen enz. ik kan er uren naar kijken en baal ervan dat het de laatste tijd zo slecht met ze gaat…Dat terzijde.

 

Zo eenvoudig als de verbindingsstructuur van de hersenen van een insect is (relatief gezien!), zo is het menselijke brein, voor zover bekend, de meest complexe structuur in ons gehele universum! We kunnen niet weten in welke mate andere evolutionair hogere dieren bewustzijn hebben, omdat we niet kunnen weten wat er in hun omgaat; ze kunnen immers niet met ons praten. Wél zijn zoogdieren als mensapen en dolfijnen in staat gebleken kenmerken van eigen gedrag in zogeheten spiegeltests te herkennen. Ook 'menselijke eigenschappen' zoals jaloezie zijn inmiddels bij andere dieren aangetoond. Ook bij verschillende vogels is in ieder geval een bepaalde mate van bewustzijn aangetoond. 

 

Evolutionair lagere dieren reageren in grote mate reflexmatig. Een bepaalde omgevingsprikkel, levert altijd een vaste reactie op. Zo zijn zij door de evolutie ´geprogrammeerd´. Algemeen wordt aangenomen dat het bewustzijn in de loop van de tijd is geëvolueerd uit deze eerst reflexmatige vormen van gedrag, enkel omdat het de overlevingskansen in bepaalde omstandigheden vergrootte. Minder reflexmatig gedrag pakte onder bepaalde omstandigheden beter uit. Bewustzijn stelde onze voorouders namelijk in staat vooruit te denken, hun gedrag te plannen of verschillende gedragsstrategieën te overwegen. Dit kost veel meer energie, maar kan in een complexe omgeving toch voordelig zijn t.o.v. enkel reflexmatig handelen.  Dit kan dus onder bepaalde omstandigheden een groot voordeel voor overleving zijn. M.a.w., de vele toevallige mutaties die uiteindelijk tot dit bewustzijn geleid hebben, hielden stand omdat deze onder de omstandigheden gunstig uitpakten. Vooral juist in een steeds complexere omgeving met veel andere (gevaarlijke) organismen. Toevallige mutaties die vervolgens hier weer op aansloten, hebben ons uiteindelijk, ons grote brein en ons zelfbewustzijn opgeleverd. In combinatie met een groot brein dat gebeurtenissen op kan slaan (kan onthouden) en hier een positief of negatief gevoel aan kan koppelen, 'weet' het de volgende keer wat het beste is om te doen. Een groter brein betekent ook een grotere capaciteit om informatie te verwerken en de gedachten te richten op andere (en interne) zaken dan alleen maar op informatie uit de buitenwereld. Zo hebben volgens Antonio Demasio onder druk van de evolutie, zich in het brein van de mens bijzondere circuits gevormd die in staat zijn condities van het innerlijk leven zelf ('ik denk', 'ik weet dat ik denk', 'ik ben verdrietig, ik weet dat ik verdrietig ben' enz.) op te slaan en evolueerden bovendien belonings- en emotiesystemen (wellicht in andere volgorde). Maar ook dit hoog geavanceerde wezen is nog steeds een lopende verzameling van atomen en moleculen en chemische reacties daarbinnen.

 

Zonder die continue chemische reacties geen Henk of Ingrid. Wij zijn dus in feite een giga uit de hand gelopen serie chemische reacties, die van zichzelf weet dat het er is en zelfs weet heeft van een aardig deel van het universum om zich heen. Een lopend hoopje materie dat tegenwoordig miljarden kilometers (zelfs miljarden lichtjaren) van het universum aan het observeren is. Dat is echt wel wauww te noemen! Helaas zit er echter een flinke downsite aan die evolutie...